Bericht: | Foto 8: k
Particuliere foto omstreeks 1930.
Uit: 'Van Stad tot Streek' (uitgegeven in 1985).
Het Stadsziekenhuis was vooral ingericht tot kosteloze verpleging van onvermogenden, die daartoe een toelatingsbewijs van de wijkmeesters moesten tonen.
Particulieren die hun opname geheel zelf konden bekostigen betaalden fl 2,50 per dag. Medicijnen en extra voeding waren daarbij niet inbegrepen.
In het ziekenhuis waren vier zalen, elk voor 10 patienten. Daarnaast waren er nog kamers voor 2, 3 en 4 patienten.
In 1901 werd er een aparte operatiekamer in de tuin gebouwd. Tot die tijd vonden operaties op de zaal plaats. Bovendien werd er een lijkenhuisje gebouwd.
Het aantal patienten schommelde nogal. Zo waren er in 1892 158 en in 1907 63 patienten. Er waren twee bezoekuren per week; op maandagen en vrijdagen van 3 tot 4 uur.
In 1911 werd de eerste gediplomeerde verpleegster aangesteld, tot die tijd werd de verpleging gedaan door ongediplomeerden.
Het ziekenhuis groeide en mocht een eigen verpleegstersopleiding verzorgen. In 1931 waren het aantal patienten en ligdagen zo hoog dat de leerlingverpleegsters zelfs intern mochten worden geexamineerd.
Direct na de oorlog vonden de eerste prille fusiebesprekingen plaats met 'De Villa' aan de Draafsingel. Doel was te komen tot samenwerking in een nieuw te bouwen ziekenhuis. Het duurde tot 1967 voor het zover was en de patienten van beide verpleeginrichtingen konden worden overgebracht naar het Streekziekenhuis aan de Wabenstraat.
Hiermee kwam een einde aan een eeuw 'Stadsziekenhuis'.
|